Op dit moment wordt het nieuws gedomineerd door de kredietcrisis. Voortdurend horen, zien en lezen we berichten over de ineenstorting van ons economisch systeem. De toekomst is onzeker. Is er genoeg geld voor mijn pensioen? Heeft dit gevolgen voor de waarde van mijn huis? Heb ik nog wel uitzicht op een baan straks als de economie terugloopt?

Allemaal vragen die bij ons kunnen opkomen. En dat is logisch. De situatie is zorgelijk en vanzelfsprekend denkt iedereen over zijn of haar toekomst na. Zijn er nog wel zekerheden nu onze financiële basis lijkt weg te vallen?

De kredietcrisis laat heel duidelijk zien wat wij met elkaar belangrijk vinden in ons leven. Blijkbaar is in onze levens veel gebaseerd op geld en bezit. Natuurlijk begrijp ik wel dat geld en bezit noodzakelijk is in het leven. Daar is ook niets mis mee. Het blijft alleen wel tegenstrijdig dat er voortdurend discussie is over onze bijdrage aan ontwikkelingsgeld naar Afrika terwijl we in een tijd van crisis velen miljarden tot onze beschikking blijken te hebben. Een kwestie van prioriteit.

In Mattheüs 16:19-21 vinden we een uitspraak van Jezus over geld en bezit. Hij zegt: “Verzamel voor jezelf geen schatten op aarde: mot en roest vreten ze weg en dieven breken in om ze te stelen. Verzamel schatten in de hemel, daar vreten mot noch roest ze weg, daar breken geen dieven in om ze te stelen. Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn”.

Jezus zegt hier niet direct dat geld en bezit slecht zijn. Wel wijst Hij op het gevaar hiervan. Hij roept op om geen schatten hier op aarde te verzamelen. Onze zekerheid ligt niet in het geld dat we voor later sparen of vastzetten. We kunnen blijkbaar beter beleggen in de eeuwigheid. Wat heb je aan geld als je het niet mee kan nemen naar het leven na dit leven?